Melbourne en daarna de stilte

Melbourne was plezant! Ideaal voor 3 weken vakantie 🙂 Maar absoluut geen vooruitzichten voor werk, temperaturen boven de 30 graden en goedkope accommodatie in de dichte nabijheid van ‘t stad.

Daarom keren we na 3 weken Melbourne terug naar onze favoriet: Brisbane!
Of is het een goed excuus om nog eens te roadtrippen in het fantastisch mooie Australie, toeristen als we zijn…

Sydney – Melbourne

Het vervolg. Familie nr.2, de Vandekerckhoves, komt familie nr.1, de Depreeuws, aflossen in Sydney. Geen tijd voor rustpauzes, want ook hier staat heel veel op het programma voor de komende twee weken. We gaan verder op ontdekking in Sydney. Ditmaal gaan we binnen in het Sydney Opera House. Best wel de moeite om al die (vintage) pracht en praal van dichtbij te zien. De zichtjes die we met de Depreeuws gedaan hebben vanop het land, doen we ditmaal met de ‘speed’boot vanop het water. Af en toe vergeet de kapitein de deuren van zijn boot te sluiten, waardoor het water binnenspat en ma een luide kreet slaat. Maar voor de rest alles onder controle…

Sydney heeft veel te bieden als stad, maar de immense drukte in het centrum, het is hier zomervakantie, is toch niet helemaal ons ding. We trekken daarom een dagje weg uit het centrum richting het Olympisch Park. Groot genoeg om een namiddag in rond te crossen en wat historiek op te snuiven.

Na enkele dagen ontjetlaggen voor de ouders (pa heeft er duidelijk minder last van dan zijn wederhelft), begint onze tocht richting het zuiden. Ma heeft op voorhand de route uitgestippeld en dat is ons zeer goed bevallen. Pluim voor haar planning! Eerst enkele dagen langs de kust, genieten van het goe leven: wijntjes drinken en lekker eten. Elke dag weer iets anders, de Grand Pacific Drive (rijden over de oceaan langs de kliffen), de boottrip in Jervis Bay (dolfijnen spotten in een fantastisch mooie baai met parelwitte stranden en ruwe rotsformaties!) en Morton NP (steile trappen om tot bovenaan de rots te klimmen) zijn zeker het vermelden waard.

Canberra was de volgende stop. De hoofdstad in theorie, maar in praktijk eerder een hallucinant symmetrisch aangelegd stukje Australie voor parlementairen. Indrukwekkend is Capital Hill. Onze gids ging even de mist in toen hij de Last Post in Frankrijk (en een beetje overal in Europa) situeerde, maar maakte dat ruimschoots weer goed door uitvoerig en gepassioneerd over de werking van de House of Representatives (de groene) en de Senaat (de rode) te vertellen… en zijn affectie voor de Queen.

Vanaf Canberra ging het zuidwaarts in de heuvels en daarna de bergen. In tegenstelling tot de Depreeuws hebben de Vandekerckhove de sjans gehad om heel wat wildlife te zien: dolfijnen, kangoeroes, papegaaien, 2 reuzenhagedissen en 1 slang in ‘t wild, die ik jammergenoeg niet op tijd kon ontwijken met de auto… another roadkill :-s

Aanrader in de bergen is het pittoreske stadje Bright en de rit van Bright richting Melbourne doorheen skigebieden. In de zomer bij een hitte van 30 graden is dat wel ietsje moeilijker om allemaal voor te stellen. In Bright hebben Ce en ik ook nog een offroad trip gemaakt met onze trouwe Milla, incl. spectaculaire hellingspercentages en kliffen langs twee kanten. We waren serieus onder de indruk. De ouders kregen we die dag niet mee in onze 4×4 😉

Midden januari arriveren we uiteindelijk in Melbourne. Ubergezellige stad met sfeervolle cafe’s langs de Yarra rivier. Het toppunt was ons bezoek aan de Australian Open! Die dag hebben we 3 matches gezien met: Sharapova (3,5u tennis met een beklijvende 3e set), Wozniacki (beetje kort en saai) en Nadal (favoriet van ma en mezelf!). Tof om die matches van nabij te volgen en te zien hoe de stad Melbourne zo meeleeft met de tennis.

Tot slot nog een dikke merci aan de beide families om helemaal tot hier af te zakken en mee te reizen met ons de afgelopen 4 weken. We hebben ons goed geamuseerd, goed gelachen en weer veel te veel Nederlands gesproken, waardoor we nu weer dringend ons Engels moeten opkrikken…

Kerst en Nieuw

Het beeld dat je hebt van een kerstfeest down under is vermoedelijk correct. Een dagje op het strand of familiefeest aan het zwembad, dat kunnen we bij deze bevestigen als realiteit. Rode draad door de kerstverhalen die ik krijg te horen is dat aussies op deze tijd v/h jaar vooral afkoeling zoeken en koude schotels smakelijk naar binnen werpen. Toppunt vond ik een kort interview op de lokale radio in Brisbane, waar iemand doodleuk zei dat het TE WARM was om te BBQ’en met de familie. Iemand dat ooit al horen zeggen??

Kerstavond wordt hier niet gevierd, wel kerstdag en boxing day (2e kerst). Wij hebben even die ozzy traditie aan de kant gezet en kerstavond gevierd op een terras op de 21ste verdieping in hartje Brisbane, samen met mami Depreeuw en Mattias. Heel gezellig tafelen met scampi’s en lamsvlees (kalkoen in de oven was iets te onpraktisch). En…kadootjes!

Een zeer geapprecieerd kado was het bodyboard. Zoals de echte aussies 🙂 Onmiddellijk ook uitgetest op Stradbroke Island en de vele stranden die we erna hebben bezocht tijdens t bezoek vd Depreeuws. Doordat t hier zomervakantie is (Dec-Feb), was het hier en daar wat op de koppen lopen. Tijdens onze wandeltochten in de bergen was er duidelijk minder volk op de been: 24km dagtocht en onderweg maar 3 aussies “g’day” hikers en 2 franse “hippie” hikers gezien.

Na enkele dagen combi strand + natuur zijn we met oudejaar gearriveerd in Hunter Valley; de wijnstreek van Australië. Die namiddag hebben we goed ingezet met verschillende wijnproevingen bij 30°. Een wijngaard is unaniem tot favoriet verkozen: Tinklers. De overige wijngaarden konden er duidelijk niet aan tippen. Toch een beetje een ontgoocheling Hunter Valley. We zijn duidelijk verwend in België op vlak van goeie wijnen.

Vanaf 19u mochten we dan onze voetjes onder tafel schuiven voor een driegangenmenu. Onze tafelburen hadden duidelijk die namiddag ook nog laat wijnproevingen gaan doen… De formule – hoewel ik een beetje sceptisch was op voorhand – was geslaagd, mede door de rijkelijk vloeiende wijntjes, toeters en bellen (letterlijk) en ingeklede photobooth. Het vuurwerk in Sydney op groot scherm – aangeprijsd als de hoofdact v/d avond – was iets minder.

Zo hebben we ‘t nieuwe jaar hier ingezet. Alvast bedankt voor de vele (al dan niet) zatte nieuwjaarswensen van het thuisfront via voicemail, e-mail en sms. We hadden het gevoel ‘s nachts én opnieuw ‘s ochtends, maar dan met koppijn, nieuwjaar te vieren. Goeie start van 2014 😉

Laatste week in Brizzy

Volgende week komt de familie op bezoek!! Daar kijken we naar uit. Eerst kerst- en nieuwjaar vieren met mami Depreeuw en Mattias. Dat laatste ergens ‘te lande’ tussen Brisbane en Sydney, en hoera! – met geprojecteerd vuurwerk op groot scherm als blikvanger. En net op zaterdag 4 januari, wanneer de Depreeuws de vlucht nemen richting het winterse en pakweg 30 graden koudere Belgie, komen de VDK’s het land van de kangoeroes binnengevlogen. Slechts een paar uur verschil in Sydney… Van een perfecte timing gesproken! 

We hebben dus een maandje van rondreizen, avontuur en family-time in het vooruitzicht. Een slordige 1800 km, met tussenstops in nationale parken, wijngaarden, op het strand en in grootsteden als Sydney, Canberra en Melbourne. ‘T is van horen zeggen: “hoe zuidelijker je reist, hoe meer Europees het aanvoelt.” Ik ben alvast benieuwd…

Tijd dus om Brizzy te verlaten, maar met een dubbel gevoel. We hebben tijdens de afgelopen twee maanden al nieuwe vrienden gemaakt (enthousiaste collega’s, via meetups, etc). We hebben ook volop genoten van onze tripjes in de buurt: Springbrook NP, Moreton Island, de Australian Zoo (R.I.P. Steve Irwing), Dicky Beach,… Zoals je ziet op de foto’s: Brizzy is een aanrader van formaat! Perfect klimaat en zoveel prachtige natuur op slechts een uurtje rijden en dat voor de volle 360 graden rondom de stad!

Het grote voordeel aan de groep collega’s en vrienden die we hebben leren kennen is dat we dan niet telkens opnieuw ‘ons verhaal’ moeten vertellen over wie we zijn en wat we hier aan de andere kant van de wereldbol komen doen. Geloof me, op den duur begint dat wel saai te worden om telkens dezelfde introductie te geven… We missen het soms om simpelweg eens te zeveren over allerlei onnozele dingen des levens met de Belgische vrienden 🙂

Anderzijds hebben we het gevoel dat we nog zoveel moeten meemaken op andere plaatsen in Australie. We hebben al meer dan 14000 km rondgereisd, maar zijn nog niet helemaal tot in Melbourne of Perth geraakt. Ligt daar de ideale job te wachten op ons?? Wie weet 🙂
Wat het werk betreft, deze week is dus ook onze laatste werkweek in Brisbane. We hebben beiden goed kunnen over-/doorwerken de afgelopen tijd en een stapeltje ozzydollars verzameld om onze vakantie de komende maand te financieren. Respect trouwens voor Ce die zijn natuurlijk bioritme even aan de kant heeft gezet en iedere werkdag stipt om 5u50 is opgestaan! Deze ochtend zelfs nog een uurtje vroeger door de drukke kerstperiode… Mijn werkdag begint meestal pas om 11u ‘s ochtends en incl. werken in het weekend. Compleet tegenovergestelde ritmes dus 🙂 Sjans dat het de laatste week is en we nadien weer gezellig samen kunnen opstaan en gaan slapen!

In tussentijd, terwijl jullie zeker en vast al vol spanning zitten te wachten op de volgende post op deze blog: PRETTIGE FEESTEN! Wij gaan er eens goed van genieten. Maken jullie er alleszins maar iets moois van en hou ons op de hoogte van het reilen en zeilen in Belgenland (of andere tropische vakantiebestemmingen).

Summer’s comin’ to town

We did it!! We wonen in Brisbane en hebben nu ook beiden werk gevonden. Een drietal maanden na onze eerste voet op Australische bodem, gepakt en gezakt op de luchthaven van Sydney – tijd vliegt! – en een maand nadat we onze rondreis hebben afgerond in Brisbane, of Brizzy voor de locals.

Ce gaat tijdens de week met zijn team flyers ronddelen in de suburbs van Brisbane en ik werk als travel specialist in een backpacker travel agency. Ideaal is het nog steeds niet, en nog verre van de gedroomde ingenieursjob, maar het geeft ons toch al dat beetje dagelijks ritme en enkele sneetjes brood, rijkelijk belegd met ‘vegemite’.

Dat brood wordt momenteel gesneden ten huize ‘Julia’. Foto 4 op haar website https://www.airbnb.com.au/rooms/1233500 is wel degelijk niet gefotoshopt! ‘s avonds en ‘s ochtends (en eigenlijk elk moment van de dag) kun je er lekker luieren op het terras in de zetel, met een heerlijk briesje en glaasje wijn in de hand. De tuin is te warm overdag, temperaturen lopen nu al op tot 30 graden en meer – summer’s comin’ to town! – dus het overdekt terras biedt een zalig alternatief.

Tussendoor blijven we ons netwerk uitbreiden met interessante professionele contacten, voor zowel lean management als project management consulting, maar nog niets concreets.

De lossere contacten volgen uit onze meetups van de voorbije weken: pub-crawl in de hipste bars van de CBD, trivia/quiz op dinsdag, sjotten, een avondje uit met de collega’s (free ‘booze & food’ van de tour operators en met taxi Ceetje to the rescue) en dit weekend: een gesponserd bezoek aan Dreamworld. Me like!

Het gras lijkt steeds groener aan de overkant. En van zodra we hier even settelen, bespringt ons het gevoel of we toch niet verder moeten trekken. Misschien wacht er ons nog een beter avontuur in Melbourne, Adelaide of Perth, al dan niet in combinatie met een betere job? Recent bleek ook dat de visumprocedure voor skilled workers in Australie gewijzigd is, dat moeten we ook asap eens onder de loep nemen…

jobhunt in Brisbane

Sinds enkele weken zijn we in… Brisbane!! Via AirBnB hebben we een maandje onderdak gevonden bij Peter, Jan (uitspreken als “djian”) en de witte labrador Lady. Foto’s van hun huis in Sunnybank Hills vind je via https://www.airbnb.com.au/rooms/469007

Ze zijn beiden op pensioen, maar Peter wordt nog steeds als consultant ingehuurd door superrijke Chinezen voor de supervisie van grote bouwwerken in Sydney. Fenomenaal welke bedragen en luxe er daarbij allemaal aan te pas komen. M.a.w. Peter is niet veel thuis, maar zijn vrouw Jan maakt er haar erezaak van om steeds uitgebreid (= hoofdgerecht + minstens 2 desserts!) en superlekker Aziatisch eten aan te bieden. En van zo’n taaie grootmoeder kan je moeilijk dessertjes weigeren… Jep, we zijn al enkele kilootjes bijgekomen… In de heuvels hier in Sunnybank Hills kan je die gelukkig er gedeeltelijk weer af joggen.

Onze jobhunt verloopt moeilijker dan gedacht. Het gevoel blijft bestaan dat we voor tal van de jobs die we online vinden ruim voldoen qua ervaring en certificaten, maar zelfs niet eens uitgenodigd worden voor een gesprek. Frustrerend! Ons working holiday visum schrikt duidelijk heel wat werkgevers af. Daarnaast hebben meerdere recruiters ons al verteld dat de mijnbouw stil ligt (de grote vraag naar grondstoffen uit China is weggevallen), waardoor alle ingenieurs terugkeren naar Brisbane en de jobs daar invullen. “Eerlijk gezegd is er een overaanbod aan werkzoekende ingenieurs in de stad en bijgevolg is er weinig kans dat jullie een sponsorship krijgen van de werkgever”

Bijgevolg hebben we onze zoektocht op Seek, Hudson, Gumtree en co uitgebreid naar de categorie “all jobs”. Zo ben ik aan mijn eerste job geraakt en al 2 weken aan het werk als serveuse in de lokale bar, om een centje bij te verdienen. Best wel een eye-opener om de locals bezig te zien op al die gokmachines, of achter de bar enkele pintjes zuipend. De trukkendoos van ‘small talk’ is een must in deze job 🙂 Vanaf deze week start ik ook als Backpacker travel specialist bij een reisbureau voor backpackers!
Ook Ce is volop bezig met allerlei interviews voor uiteenlopende jobs. Er zijn vacatures voor zowel blue als white collar jobs in de fabriek of op de baan, maar (voorlopig) weinig respons.

Fingers crossed dat het nog lukt om een full-time job te vinden! Maar we denken al aan alternatieven. We spelen met het idee om tijdelijk de (dure) stad te verlaten en op het platteland een job te zoeken: fruit plukken (het is het seizoen van de abrikozen & peches) of of manusjes van alles op de boerderij. Gegarandeerd is daar werk voor backpackers te vinden en kunnen we de tijdelijke stilte in de ingenieursmarkt even overbruggen en later terugkeren naar de stad.

Veel en tegelijk weinig opties dus. Duimen maar dat er iets leuks uit de bus komt en dat we dat beetje jobstress snel achter ons kunnen laten.

Tot zover het serieuze leven.
De tijd die we niet aan de jobhunt spenderen, proberen we een sociaal leven op te bouwen. Ook daarvoor is het internet een bijzonder handige bron. Via de website MeetUp.com hebben we al een beetje van de couleur local kunnen genieten.
Zo zijn we het eerste weekend een van de bergen in de buurt gaan beklimmen. Een korte maar steile klim (500m stijgen over 3 km). Een prachtig uitzicht als resultaat. Stel je bij die bergen vooral geen Alpen voor. Het gebergte is hier zo oud dat het meeste landschap vlak is, met her en der bergen tot 700 m hoog.

Via meetup kunnen we ook onze hobbies weer oppikken. Zo heeft Ce al kameraden gevonden om wekelijks mee te voetballen op SVD-niveau en heb ik al meetups gevonden voor zumba en random flash-mops in de stad (deze week is het thema: zombie).

Afgelopen weekend hebben we de Brisbane versie van Oktoberfest bezocht, samen met een groepje lokale 20-ers, ook alweer via meetup. Lederhosen, schlagers en bier allom, zoals het Duitse feesten betaamt. Ce voelde zich zelfs even van de grond komen in de elegante armen van de ‘strongest lady alive’.

Zondag spendeerden we een bewolkte dag al luierend op Bribie Island. Om erna opnieuw een bezoekje te brengen aan Keryn en Graham. Op zondag naar onze ‘ozzy familie’ 😉

10 jaar later

Toen werd het spannend. De kriebels begonnen de kop op te steken en Ce liep rond met een smile van hier tot ginder.

Want 10 jaar na datum ontmoet hij opnieuw zijn gastfamilie in Caboolture, ten noorden van Brisbane. Keryn, Graham en hun zes (!) honden verwelkomen ons met veel enthousiasme, benieuwd om te horen wat er intussentijd allemaal is gebeurd. Philip, de enige zoon van de familie, die 10 jaar geleden klasgenootjes was met Ce, woont momenteel met zijn verloofde in Zuid-Korea. Hem zullen we dus jammergenoeg niet ontmoeten.

Ons verblijf bij de famile Suthers is ons heel goed bevallen. Ce geniet met volle teugen van het weerzien en stelt me voor aan de ganse familie en de omgeving. Keryn is druk bezig met het verzorgen van haar honden (2 eigen + 4 op vakantie), kaartjes knutselen (hmm… waar hebben we dat nog gezien?), yoga’en, etc.

Op zondag gaan we met z’n allen wandelen in Mary Cairncross Park en de Glass House Mountains. De Aboriginal legende van de Glass House Moutains is fascinerend en als je de bergen in het landschap bekijkt, ga je volledig op in het verhaal. Voor de geinteresseerde lezer, de legende kan je nalezen op http://www.glasshousecountry.com.au/legend.htm. We brengen nadien nog een bezoekje aan oma en opa. Een kloek stel grootouders die ons levendige verhalen vertellen over het leven als Duitse soldaat in de oorlog. Over hoe ze extra voorraden gingen ‘lenen’ van de vijand. De sloebers…

Ce was trotse gids van dienst toen hij herinneringen ging ophalen aan de Grace Lutheran College in Rothwell. Aangezien het vakantie was, konden we vrij binnenwandelen in het college. Totdat we aan de balie geroepen werden om ons toch even bekend te maken en uit te leggen wat we daar liepen te doen. Maar al snel werden we warm onthaald en konden we onze sightseeing verderzetten.

Ons bezoek aan de familie Suthers hebben we afgerond met een uitgebreid diner als bedanking. Eerst was er lasagne, nadien als dessert bolletjes vanille-ijs met Bundabergrum. Heerlijk! De volgende dag zijn we vertrokken richting Brisbane, op weg naar een nieuw hoofdstuk tijdens onze trip down under.

Sunshine coast

Eind September laten we de tropische eilanden achter ons. Vermoedelijk zullen we er later dit jaar nog eens naartoe gaan. Die prachtige combinatie van strand, zee en avontuur heeft alleszins een indruk op ons nagelaten. Maak er dus maar ‘gegarandeerd’ van.

Onze volgende stop is de SUNSHINE coast! In tegenstelling tot wat de naam doet vermoeden wachtte er ons daar… een regenbui. Gelukkig overleef je een regenbui hier ook zonder al teveel aanpassingen. Onze vertrouwde toeristische outfit van short en T-shirt mocht dus gerust even nat worden door Moeder Natuur, nog geen 10 minuten later ben je sowieso opnieuw kurkdroog.

De eerste stop aan de Sunshine coast is Noosa Heads. De ideale vertrekplaats voor een meerdagse kayaktocht op Noosa river. Jammergenoeg was daarvoor geen tijd, en we hebben dit even verhuisd naar ons TO DO lijstje.

We sliepen er in de locale jeugdherberg. Nu ja, slapen is misschien een groot woord. Zodra het donker werd, werd onze kamer massaal gebombardeerd met allerhande vliegend gespuis. Een zweem van vliegen, muggen en gigantisch grote insecten (serieus, nog nooit gezien!), waarvan we de naam nog steeds niet hebben achterhaald, vlogen binnen via een opening boven de deur. Alle gasten in de hostel hadden er last van. Gillende meiden liepen door de gang, en riepen naar hun stoere mannen in de kamer om die beestjes onmiddellijk te ‘killen’. Grappige taferelen… Uiteindelijk hebben we onze hersencellen vanonder het stof gehaald en de denktank in gang gezet om met een oplossing te komen en zo toch nog enkele uren in dromenland te kunnen vertoeven. Bekijk gerust eens onze foto’s, mocht dit jullie ooit ook eens voorvallen: dit helpt!

De dag nadien zijn we verder langs de kustbaan van de Sunshine coast gereden. In Mooloolaba zijn we gaan toeristen in Underwater World. De varieteit aan vissen, shildpadden, otters en haaien is best indrukwekkend. Door de vele renovatiewerken krijgen we nog een gratis retourticketje, dat zal nog van pas komen.

Het aantal surfers neemt toe naarmate we verder naar het zuiden trekken. Om nog niet te spreken over het talent en gemak waarmee ze de golven nemen. Ce en ik zullen intussentijd nog een paar surflessen nemen om ons niveau wat op te krikken, vooraleer we ons tussen de pro’s wagen…

Maggie, Whitsundays en Fraser

Die aussies zijn sjansaars. Op korte afstand van elkaar vind je drie fantastische archipels: Magnetic island, Whitsundays islands en Fraser island. Een voor een zijn
het juweeltjes.

Voor het eerst in weken zijn we nog eens op de fiets gesprongen, en dat beetje sport deed deugd. Daarvoor is Magnetic island, of Maggie voor de locals, ideaal. Althans, als je fan bent van heuvels met een stijgingspercentage van rond de 14%. De dorpjes liggen op enkele km’s van elkaar verwijderd, maar een aanrader is om telkens de afslag te nemen naar het strand ertussen. Zo zijn we terechtgekomen op het paradijselijke Florence Bay, helemaal voor ons alleen! De afkoeling in het zeewater kwam van pas, want om die baai in of uit te geraken moest je weer de heuvel over. Feit: wekenlang rondrijden in de auto heeft gegarandeerd een nefast effect op onze conditie. Uiteindelijk zijn we tot het meest noordelijke punt van het eiland gereden, Horseshoe Bay. Een Italiaander heeft daar de business case van zijn leven gevonden door er een ijsjesbar met ambachtelijk italiaans ijs neer te poten.

We vonden het de moeite om langer dan een dag te blijven. ‘s Avonds hebben we een motel gevonden in Arcadia. Maar eenmaal we erop uittrokken om iets te gaan eten, was
het dorpje reeds volledig in het donker gesluierd. Een enkele bar met dronken Engelsen en MTV’s 90’s top20 op de achtergrond had gelukkig nog een portie friet en schnitzel op overschot voor twee hongerige Belgen. De ochtend erna hebben we de ferry terug genomen richting Townsville.

Het plan was om zelf te zeilen in de Whitsundays. Vertrekpunt voor een zeiltocht in de Whitsundays is Airlie Beach. We schuimen de stad af, op zoek naar een goeie
deal. Een tip, het uitspelen van verschillende deals tov elkaar loont. We boeken een 3-daagse zeiltocht met 2 overnachtingen op de zeilboot Eureka. Ze hadden beloofd
dat we zelf ook actief zouden kunnen meezeilen, maar jammergenoeg was er 2 man in zeilopleiding mee, die van de kapitein al het spierbundelwerk moesten verrichten. Dju. Bijgevolg werd de zeltocht vooral een combinatie van genieten, luieren, walvissen en dolfijnen spotten, een enkele keer zeilbootracen, maar vooral snorkelen in de reefs. Iedere dag kregen we een ander eiland voorgeschoteld, waar we het anker uitsmeten en aan wal gingen of snorkelden tussen de tropische vissen en reuzeschildpadden.
Het meest tot de verbeelding sprekende eiland was Whitsunday island zelf, dat met Whitehaven tot meest gebruikte postkaartzichtje van de ganse streek gekroond is. De
foto’s spreken voor zichzelf… Maar vooral het duo van kapitein ‘Mel’ en schipper ‘Baron von Christopher’ zullen we niet snel vergeten. Ze brachten telkens weer animo in de groep van 14 toeristen. Het streepje accoustische gitaar bij volle maan ‘s avonds was een toppertje. Onze zeiltocht is jammergenoeg te vlug gepasseerd.

Tussen Whitsundays islands en Fraser island hebben we nog een stop gemaakt die we zeker met jullie willen delen. Het stadje Bundaberg met de bekende rumdistillerij.
Hier merken we voor het eerst hoe druk het hier tijdens de schoolvakantie is. Eind september hebben alle scholen 2 weken vakantie. Het is hier lente, dus vergelijkbaar
met paasverlof bij ons. Alle motels en caravan parks schuimen we af, maar nergens is er nog een plekje vrij. Uiteindelijk rijden we een 15km verder richting het strand, waar we uiteindelijk om 9u30 ‘s avonds nog een plekje vinden.
Maar dus, de brouwerij. Want daarvoor zijn we hier. De rondleiding op zich duurt een uurtje en is zeker de moeite. Je krijgt o.a. een proevertje van de ‘molasses’ of stroop, een bijproduct van de suikerindustrie en basisingredient voor rum. Maar de beste proevertjes zijn op het eind, waar we elk 2 rumglaasjes mogen degusteren. Mmmm. En zo zijn we ook weer enkele flessen rum rijker geworden…

Uniek. Dat is Fraser island. Je gaat via het strand (zet die 4WD maar aan!) aan boord van de ferry en 15min later sta je, met je auto, op het strand van Fraser island.
De regels zijn duidelijk: er is enkel strand en daar moet je maar doorheen met de auto. Go Milla! Verkeersregels beperken zich tot 80km/h op het strand en 30km/h op de
binnen’wegen’ van diep zand. Voor de rest moet je er maar zelf voor zorgen dat je niet botst met tegenliggers aan 80km/h op het strand, spelende kinderen op datzelfde
strand of professioneel geequipeerde vliegvissers in de zee. En ja, er is ook nog het hoog-en laagtij dat bepaalt of je in (speedy) nat zand of (traaaaaaag en
gehobbeld) diepzand moet rijden. Het is eens een andere vorm van 4×4 rijtechniek…

Fenomenaal is het uitzicht op Indian Point. Deze piek geeft je een spectaculair zicht op de kustlijn en diepe kliffen waar af en toe eens een walvis passeert. Gezien
het schoolvakantie is, is het behoorlijk druk op Fraser island. Alle campings zijn volboekt, dus dan plaatsen wij ons tentje maar op het strand zelf. Dat er ‘s nachts
plots een dingo heel dichtbij passeert, dat hoort erbij. Ware het niet dat de dingo’s hier als aggresief worden beschreven (dank voor de horrorverhalen en bijpassende
foto’s in de brochure) en dat ik een meter de hoogte in de lucht schiet van het verschot. Maar simpelweg aperitieven onder de Melkweg of wakker worden op het
parelwitte strand van Fraser, het heeft wel iets.

Uiteindelijk zijn we van dinsdag tot vrijdag op Fraser gebleven. Ruim de tijd dus om ook het binnenland te verkennen. Ook daar zijn er enkel baantjes van diep zand
getrokken. Je neemt dus een aanloop vanop het strand, rijdt omhoog de duinen in, in de hoop dat je niet vast komt te zitten, en belandt zo op die baantjes van diep
zand. Even ploeteren dus voor je de juiste techniek vindt om erdoor te rijden. Het binnenland van Fraser bestaat uit een mix van regenwoud (op een witte zandbodem –
ubervreemd), sandblows en meren. In die laatste zijn we dan ook even gaan afkoelen/douchen (kamperen op het strand is namelijk excl. douche en toilet). Het spreekt voor zich dat veel toeristen afzakken naar die meren, vandaar dat enig geduld nodig is als blijkt dat een van de voorgangers op de baan vast is komen te zitten.
Entertainment alom! De laatste dag zijn we op het gemak teruggereden naar de ferry voor de oversteek naar het vasteland.

Met als volgende stop: Caboolture! We gaan enkele dagen op bezoek bij de gastfamilie van Ce van 10 jaar geleden. Spannend!

360 graden tropen

Stel je even voor: je bevindt je in de grootste stad in het noordooosten van Australie. Cairns wordt – geheel terecht – genoemd als de beste hub om erop uit te trekken in de tropen. Met veel plezier neem ik je dus mee in ons tropisch avontuur van 360 graden.

Klaar?! OK hier gaan we. Ons vertrekpunt is de uitgestrekte Esplanade aan de baai in Cairns. Ideaal om even te luieren en gewoon rond te hangen, zeker in combinatie met een heerlijke scoop (of twee! of drie!) italiaans ijs. Houd even die gedachte vast en denk er ook nog een azuurblauwe lagoon bij. Deze lagoon of publieke ‘infinity pool’ met zicht op de baai van Cairns is gratis toegankelijk voor iedereen. Relax – no worries mate – en dat voor een ganse dag lang.

Maar, ik had je een toer van 360 graden beloofd. De eerste 10 graden heb ik zonet uit de doeken gedaan. De overige 350 graden zijn iets minder passief. Sorry dus voor de luierikken onder jullie, maar de tropen lokken je uit je tent.
Draaien we vervolgens 90 graden verder naar het zuiden. Wie zin heeft, spring mee in ons rubberen ‘bootje’ en ga mee op een dagtocht Extreme Rafting!! De term extreme hebben ze alleszins niet moeten verzinnen om het uitdagender te laten klinken. Enkele rapids die we die dag hebben doorploeterd zijn: The Alarm Clock, The Ping Pong, The Double D, en last but not least The Drowning Simulator – al zwemmend! Uiteindelijk heeft ook mijn grote teennagel er aan moeten geloven. Hij bengelt er nu nog aan voor een kwartje nagel, maar ik vermoed voor niet lang meer. Ieuw…

Na 90 graden verder draaien zitten we in de Tablelands in het oosten, waar we wallabies en kangoeroes van dichtbij in het wild gespot hebben. Je rijdt letterlijk al slingerend de berg op (scenic route!) en belandt uiteindelijk via een lichtjes offroad getint track aan een uitgestrekt meer. Nu snappen we waar die mannen uit Cairns hun vakantie doorbrengen. Zo rustig…

Een kleine 70 graden met de klok mee en we gaan weer actief doen. Met Dan, een stel kiwi’s en een indrukwekkend afgetrainde oudere dame trekken we met de mountainbike de berg op vlak naast de kustlijn. Je kan de mountainbiketocht kiezen op basis van de hellingsgraad en een gemiddeld valpercentage (op basis van de jarenlange ervaring van Dan). We kiezen voor niveau 4. Aangezien er maar 5 niveaus zijn, kan je je dus aan het een en ander verwachten. De helling omhoog is geen probleem, maar zodra je naar beneden duikt, of duikelt in de meeste gevallen, wordt het serieus en belandt je in een steile en hobbelige afdaling. Dat beetje adrenaline is goed om tussendoor ook even in een waterval af te koelen en vervolgens weer op de mountainbike te springen en de dagtocht verder te zetten. Zonder die mountainbike zouden we nooit op zo’n mooie afgelegen lokaties komen. Thanks Dan.

De cirkel is bijna rond. We vertrekken vanaf de kustlijn in Cairns met de boot en dekken de laatste 100 graden van de gradenboog af bovenop het Great Barrier Reef. Na deze belevenis heb ik beslist om van snorkelen mijn nieuwe hobby te maken. Jammergenoeg is er niet overal zo’n pracht van een onderwaterleven te bespeuren, maar kom, dat is bijzaak. De diversiteit aan koraal en combinaties van kleuren, lijntjes en bolletjes op vissen is uniek. @Mama Leen: je zou er een schoon kunstwerkje van kunnen maken! Ik heb zelfs een White Tip Reef shark van heel nabij zien passeren. Wow! Sjans dat die nogal schuchter van natuur zijn.

Hopelijk heb ik je ervan kunnen overtuigen dat Cairns wel degelijk de beste vertrekplaats is voor avontuur in de tropen. Die combinaties van zee, bergen, zon en unieke beestjes laat op ons alleszins een indruk na.

De zichtjes in de tropen worden steeds mooier. Ten noorden van Cairns ligt Daintree National Park. Als opwarmertje boeken we een tocht langs de Daintree river. Ons geduld wordt beloond en we krijgen al snel enkele krokodillen in het wild te zien. De lokale gids minimaliseert dat het ‘maar’ vrouwtjes of jonge mannetjes zijn en dus nogal klein. Ik vind ze vrij indrukwekkend…

Eenmaal we de oversteek maken met Milla, loopt de baan verder richting Cape Trib. De baan loopt de ganse tijd letterlijk doorheen een overkoepelende tunnel van regenwoud, met laag plafond! Neem je de afslag naar het strand, dan zie je precies het zicht vanop een postkaartje uit de tropen met felblauw water, wit zand en palmbomen. Ze bestaan dus en het water is zeer aanlokkelijk om in te zwemmen. Maar de zin wordt al snel ontnomen als je alle waarschuwingspanelen voor stingers ziet staan… Langsheen de weg zijn er ook verschillende wandelingen doorheen het regenwoud aangelegd. Wij waren er vaak alleen en konden genieten van de complete stilte onder al dat groen.

Op de terugweg naar Cairns hebben we de CREB track uitgetest. In onze 4×4-gids stond er als eerste zin in de beschrijving ‘this is one of the scariest things you’ll ever do with a car’. Ik zat dus wat met de piepers voor we vertrokken, Ce was in zijn nopjes. Al is de toegangsweg tot deze track goed verborgen… Locals to the rescue!
De hellingsgraad en hobbeligheid zijn stevig, laten we – voor het gemoed van het thuisfront – maar geen percentages noemen.

Laat ik jullie voor de rest maar genieten van de foto’s ter plaatse.